Gedachten stroom 5
Rouwen doet iedereen op zijn eigen manier. Blijkbaar heb ik heel veel behoefde aan contact met mensen. Gewoon even praten, een arm om me heen, huilen of gewoon helemaal niks als er maar iemand is. Gewoon mezelf kunnen zijn bij die persoon. Waarom is dat zo moeilijk voor mij om te laten merken dat ik iemand nodig heb. Hulp wordt aangeboden, maar vervolgens moet ik zelf aangeven om iemand te willen zien. Nee dat is iets wat ik moeilijk kan. Wil niet iemand tot last zijn, laten zien dat ik verdriet heb.
Als ik weer eens het zoveelste berichtje stuur naar iemand voelt het als claimen. Voel ik mij weer schuldig dat ik de aandacht vraag, helemaal onzeker wordt ik als er veel later een antwoord komt. Klopt mijn gevoel, vind die persoon me lastig. Snel weer vergeten, voel me al vervelend genoeg.
Wou dat het allemaal wat makkelijker was, iemand die ervoor me is als ik het nodig heb. En niet wanneer ik erom vraag. Toch heb ik vaak ook de hulp niet aangepakt. Mensen vinden het moeilijk om met mijn verdriet om te gaan, dat voel ik. Ze weten niet wat ze moeten zeggen. Maar dat geeft niet, dat weet ik net zo goed niet.
Ik wil niet verdrietig zijn, ik wil niet andere nodig hebben met mijn problemen. Wil gewoon weer diegene zijn die ervoor jouw kan zijn. Die vriendin die ik was voor dit alles overhoop lag. Daarom heb ik vaak een masker op bij anderen. Ze hoeven niet te zien dat ik verdriet heb, dat ik zoveel pijn heb. En toch hoop ik dat iemand daardoor heen prikt, het aanwakkerd. Ik heb je zo hard nodig, maar durf het je niet te zeggen.
Dan gaat er een telefoon, toch neem ik niet op. Waarom ik heb een rot dag, ben te depresief om te praten. Maar een paar dagen later denk je, nu heb ik het nodig waarom ben je er dan nu niet voor me. Had ik toch maar die telefoon opgepakt.
Nee weinig vriendinnen om me heen, dat maakt het extra moeilijk om even die aandacht waar je zo naar verlangt te ontvangen. Ik weet er wordt aan me gedacht, maar niks lijkt genoeg te zijn.
Het lijkt ook wel of ik last heb van verlatingsangst. Heb ik er eindelijk aan toe gegeven dat ik iemand nodig heb, gaan ze ook weer weg. Zo rot gevoel geeft dat. Ik moet weer leren om alleen te kunnen zijn zonder zo onrustig te zijn. Alleen wil ik dat nog helemaal niet.
Waarom heb ik jouw nu zo hard nodig, maar vraag ik er niet om…